Orbea scherpt Oiz fullsuspension aan voor 2023

Al vanaf zijn introductie in 2018 is de Oiz crosscountry-fullsuspension van de Spaanse fietsfabrikant Orbea een regelrecht succesnummer. Na een update met een lichter frame voor modeljaar 2021, introduceert Orbea voor 2023 een volledig nieuwe Oiz. Deze is er alleen nog met 120 mm veerweg, heeft een vlakkere balhoofdbuishoek, is langer én dankzij nieuwe framevormen en verbeterde lagerpunten stijver én sterker.

Bij een eerste blik vraag je je misschien af wat er nu werkelijk nieuw is aan de 2023 Oiz van Orbea. En inderdaad, qua contouren lijkt deze Spaanse xc-fully nauwelijks veranderd. De schijn bedriegt; Orbea heeft z’n Oiz voor 2023 van balhoofd tot dropout geheel in het nieuw gestoken.

Het meest opvallende daarbij is dat Orbea de Oiz crosscountry-fullsuspension nu alleen nog maar neerzet met 120 mm veerweg voor- en achteraan. Voorheen had-ie 100 mm veerweg rondom en bestond er daarnaast de Oiz TR (‘Trail’) met 120 mm veerweg aan de voor- en achterzijde. Vanaf 2023 is dat onderscheidt er niet meer. Orbea volgt hiermee onder meer Scott die met de introductie van de nieuwe Spark alleen nog 120 mm veerweg aanbiedt voor het crosscountry-segment. De Spaanse fabrikant meldt expliciet dat de nieuwe Oiz niet ontwikkeld is om een ‘downcountry-’ of trailbike te zijn. Het is nog altijd een raspaard voor crosscountry-gebruik. De aangescherpte geometrie én meer veerweg passen daarbij volledig in de trend van de steeds ruiger wordende wereldbekerparcoursen.

Orbea Oiz 2023: OMX, OMR carbon en aluminium

De 2023-Oiz is er alleen nog als 29er, waarbij 3 framevarianten aangeboden worden. Er zijn twee carbon versies, waarvan de OMX met een framegewicht van 1.740 gram (inclusief demper) zelfs een van dé lichtste frames op de markt is. Bij het OMR-carbon frame is een iets andere carbonstructuur en productiemethode toegepast, wat de prijs drukt tegen een meergewicht van circa 210 gram; en 1.940 gram is nog altijd niet zwaar te noemen. Naast de twee carbon opties biedt Orbea bij de 2023 Oiz óók een aluminium versie die nauwgezet de vormgeving van de carbon exemplaren volgt. Opvallend is wel dat je bij de kleinste framemaat (S) in aluminium maar één bidonhouder kunt monteren, terwijl je bij de carbon versies er gewoon twee kwijt kunt.

Vooraan laat Orbea de kabels en leidingen dóór het bovenste balhoofdlager het frame in verdwijnen. Het argument: er hoeven zo geen gaten in het carbon gemaakt worden, wat de constructeurs toelaat lichtere frames te maken. Immers; gaten zijn in de regel verzwakkingen. De keuze om het dóór het bovenste balhoofdlager te laten lopen heeft uiteraard impact op de onderhoudsvriendelijkheid van de fiets. Maar het moet gezegd zijn dan het bovenste lager niet extreem veel onderhoud vergt. Overigens ook opgemerkt dat Orbea de kabels niet door de stuurpen voert. Iets veranderen aan je zithouding is daardoor dus nog altijd vrij eenvoudig.

Kabels lopen wél door de bovenste balhoofdlager, maar niet door de stuurpen.

Het geheel kijkt daardoor opgeruimd en strak, waarbij Orbea er bewust voor kiest om de kabels en leidingen niet door de stuurpen te laten lopen. Verstellen van de zitposities op de Oiz kan daardoor zonder al te veel gedoe, aldus Orbea.

Het balhoofd is voorzien van een stuuruitslagbegrenzer. Deze ‘Spin Block’ moet voorkomen dat de schakelaar of de remhendel zich bij een val in de bovenbuis boren.

Veersysteem met Flexstay

Het veersysteem is bij alle frames identiek, waarbij Orbea doorpakt op hetzelfde flexstay-veersysteem als bij de vorige Oiz. Wel hebben ze de buisvorm van de staande achtervork flink aangepast. Die is breder en minder hoog geworden, in plaats van andersom. Deze wijziging maakt dat de 2023 Oiz zijdelings stijver is dan zijn voorganger. Ook zijn de lagers in de carbon hevel tussen achtervork en demper – Orbea noemt dit de Fiberlink – voor betere duurzaamheid vergroot en dubbel afgedicht.

De achtervering spreekt bij de 2023 Oiz fijngevoeliger aan dan bij de voorloper, aldus Orbea. De veercurve is echter voldoende progressief om de 120 mm efficiënt te kunnen benutten en toch nog wat over te houden wanneer het écht ruig wordt. Het mag logisch zijn dat het veergedrag vooral is afgestemd op crosscountry-gebruik. Dus ook al is er 120 mm veerweg beschikbaar, het maakt van de Oiz qua karakter nog geen trailbike.

Met name de staande achtervork is anders vormgegeven…

… en volgens Orbea is de 2023 Oiz zijdelings hierdoor een stuk stijver.

De ‘Fiberlink’ heeft grotere lagers dan voorheen en is daardoor duurzamer. Dubbele afdichting draagt daar ook verder aan bij.

Geometrie

Met een balhoofdshoek van 67º is de 2023 Oiz een volle 2 graden vlakker dan z’n voorganger. De reach is ook vergroot en de zitbuishoek is van 75º naar 76,5º gezet. In de maat M is wielbasis van de Oiz zodoende 40 mm groter geworden. De achtervorklengte is overigens 2 mm groter, maar vervolgens wel bij elke framemaat gelijk.

Prijzen en modellen

Orbea levert de 2023 Oiz in veel verschillende uitvoeringen, waarbij je via het MyO-programma ook nog veel kunt individualiseren. Daarbij kun je kleur én afmontage naar wens afstemmen, waarbij de online-configurator (https://www.orbea.com/nl-nl/myo/step-customization/) je een zeer getrouwe representatie laat zien van je keuze.

Je hebt de nieuwe Orbea Oiz in aluminium vanaf € 2.799. Het programma loopt door tot de Oiz M-LTD met het lichte OMX-carbon frame en onder meer Sram XX1 Eagle AXS-onderdelen en Oquo carbon wielen. Oquo is de naam van de wielen uit eigen huis die Orbea sinds kort ook als los merk in de markt zet.

Het topmodel van Orbea’s 2023 Oiz: de M-LTD met een prijs vanaf €9.999. Dit model heeft het allerlichste OMX carbon frame van 1.740 gram, SRAM XX1 Eagle AXS-aandrijfonderdelen, OQUO MP30 LTD carbon wielen, Fox 34 Float SC Factory voorvork.

De Oiz M10 heeft het OMR carbon frame van 1.940 gram en een Shimano XT aandrijving in combinatie met Oquo MP30 Team carbon wielen en een Fox 34 Float SC Factory voorvork. De Oiz M10 koop je voor € 5.699.