Bredere cranks – Zet Super Boost door?
Kort na de opkomst van ‘Boost’ achternaven, met een inbouwbreedte van 148 mm, waren er een paar fietsfabrikanten die voor hun trailbikes nóg verder gingen: zij namen de 157 mm downhill inbouwbreedte en noemden het ‘SuperBoost’. Shimano levert vanaf nu óók een XTR crankset geschikt voor deze brede achternaaf. Hoe dat? Bij een bredere achternaaf komt de ketting ook verder naar buiten. Om toch tot een nette kettinglijn te komen, moet het kettingblad vooraan dus ook verder naar buiten. Hetzelfde zagen we uiteraard al bij de ‘Boost’-compatible cranks die inmiddels redelijk ingeburgerd zijn. Sterker nog; Shimano’s XTR-crank koop je enkel nog in de variant die bij de Boost 52 mm kettinglijn past. Dat wil zeggen, tot vandaag…
De nieuwe XTR FC-M9130-1 crank is een 1×12 specifieke crankset die qua constructie gelijk is aan de bestaande XTR cranks. Dat betekent dus Hollowtech II aluminium armen en een direct mount kettingblad. De kettinglijn ligt nu op 56,5 mm. Een bredere achternaaf geeft óók een bredere achtervork, daarom is de Q-factor (de breedte-afstand tussen beide crankarmen, daar waar de pedalen aanliggen) óók gegroeid, naar 171 mm. Ter vergelijking: XTR Boost cranks hebben een Q-factor van 162 of 168 mm. SLX/XT Boost cranks zitten op 172 mm en SLX en XT Superboost cranks (want die bestonden al) hebben een Q-factor van maar liefst 181 mm. Nu wordt een grotere Q-factor over het algemeen ergonomisch als ongunstig beschouwd, maar dramatisch is het bij de XTR’s dus zeker niet.
Het feit dat Shimano nu zélfs hun duurste crank zo’n optie te geeft, geeft te denken… of te vrezen, zelfs? Je mocht hopen dat de Boost 148 mm wel zo’n beetje ‘de definitieve’ optie was… De tijd zal het leren hoe breed (…) Super Boost wordt opgepakt in de industrie (consumenten nog daargelaten…)
Meer Microspline wiel- en naafopties
Het 12-speed aanbod van de Japanse firma neemt verder toe met de introductie van de nieuwste Deore-generatie. In het verlengde daarvan wordt ook het aanbod wielen en losse naven vergroot; uiteraard allemaal voorzien van de Microspline cassettepassing. Zo is er een nieuwe aluminium tubeless wielset op Deore niveau, de WH-TM601. Die is er in 29” en 27,5” diameters, met 100/142 mm en 110/148 mm (Boost) inbouwbreedtes. Het gewicht van de 29” Boost-versie van deze wielset zou 2.230 gram zijn.
Op het instapniveau komen twee nieuwe achternaven met stalen Microspline drivers. De MT410 is er met een inbouwbreedte van 142 en 148 mm voor steekassen. Daaronder komt de MT401. Die heeft een ‘ouderwetse’ quick release, voor inbouwbreedtes van 135 mm en 141 mm. Deze naven kun je dus vooral tegenkomen op goedkopere mountainbikes. Ze komen met met 28, 32 en 36 spaakgaten.
Flatmount remmen
De Flatmount remklauw-montage kwam in 2015 op de markt in de racefiets-groepen. Kort daarna was het onder meer Cannondale die de nieuwe montage-optie óók toepaste op een aantal mountainbikeframes. Echt voet aan wal kreeg het niet. Maar daar komt mogelijk verandering in. Shimano lanceert nu namelijk 3 Flatmount remklauwen voor de mountainbike. Namelijk op XTR, XT én SLX niveau. In alle gevallen zijn dit 2-zuiger remklauwen. De XTR-variant is geschikt voor 140 en 160 mm remschijven. De XT en SLX versies kunnen tot 180 mm schijfremmen gebruikt worden. Vooralsnog moet je deze remklauw dus zien als een ‘achterrem’-specifieke. Het argument voor het bestaansrecht van deze remklauwen is dat het framefabrikanten toe staat om de liggende en staande achtervorken compacter vorm te geven. Precies hetzelfde argument als bij race-/gravelbikes.
Prijzen, gewichten, verkrijgbaarheid
Zoals gebruikelijk (…) deelt Shimano geen prijzen mee en over gewichten reppen ze nauwelijks in hun persberichten. Alle genoemde onderdelen zijn vanaf komende juli beschikbaar via de reguliere bikeshops.
Bron: bike.shimano.com