Jager
‘Dagrugzak’ is zo’n rekbaar begrip in de wereld van outdoor producten. De vraag is altijd: hoe veel rommel heb je wel niet voor een dag nodig? De gemiddelde fietser weet daar raad mee: weinig. Of: hoe minder hoe beter. Toch…
Slinger termen als ‘backcountry’ of ‘enduro’ in de rondte en de maar enigszins avontuurlijke biker heeft in zijn (of haar) jacht naar hemelse singletrack niet meer genoeg aan een banaan en een bidonnetje water. Knie- en elleboogbeschermers, een fullface helm, lagen kleding die na de prille ochtendstart niet meer nodig zijn, andere lagen kleding die eind van de middag bij die immer naderende onweerswolken juist wél gaan nodig zijn, een EHBO kit, multitool, pomp, het onmisbare reservepadje en de eveneens onmisbare stapel kip-pesto broodjes. Ja, het moet allemaal mee. De mooiste paden zijn ook nog eens het verste weg van alle beschaving, dus reken er maar op dat het waterreservoir tot de nok toe vol moet. En dan constateer je dat je huidige rugzak te klein is.
Aanschouw de Dakine Nomad.
Pakezel
Ja, dat is al een aardige berg zooi. Met een laadvolume van 18 liter bevindt de Nomad zich qua bergruimte grofweg in het midden van het Dakine assortiment, dat alles omvat van modellen waar net de basisbenodigdheden tot een monster waar je kettingzaag én de Fiat 500 van de buurman in passen. Die 18 liter wordt vergezeld door een waterreservoir van 3 liter, en is zelf onderverdeeld in tal van grote en kleine compartimenten. Mits je weet wat je waar gestopt hebt is er weinig reden om iets nog kwijt te raken en is het gegrabbel naar dat laatste mueslireepje -‘ergens onder het jackje, onder de kniestukken… als ik de pomp er uit haal’- verleden tijd.
Naast – ja, letterlijk – het hoofvak zit een middenvak dat verdeeld is in drie afsluitbare ruimtes met gaaswerk en een tube voor een functioneel formaat minipomp. Een midipomp als het ware. Het open voorvak is ruim genoeg voor maat M of L kniebeschermers (geïntegreerde scheenstukken steken er dan een beetje uit). Indien ongebruikt is het voorvak heel compact dicht te vouwen. Tevens is er voorzien in riempjes om een fullface of nog meer bescherming stabiel mee vast te zetten. Tenslotte zijn er twee gewatteerde ruimtes voor een telefoon of bril (naar gelang de maat van beide artikelen blijkt het ene dan wel andere vak handiger te zijn) en twee kleine zijvakken voor voedsel en ander klein grut. Laatstegenoemde twee ruimte’s zijn overigens makkelijk te openen en te sluiten onder het rijden.*
Waterdrager
Dakine heeft cruciale details bij de Nomad allerminst overgeslagen. De borstriem bevat een ingebouwd fluitje (verplicht bij sommige backcountry wedstrijden; lach nu maar zolang je ‘m niet nodig hebt). De heupriem is demontabel mocht je last krijgen van een opstropend shirt. Niet dat we demonteren kunnen adviseren – 18 liter en een bijkomend gewicht wil je in een afdaling niet in je nek krijgen. Klein missertje is wel dat bij een aantal riempjes het lusje voor de losse einden ontbreken – als de elastiekjes van de originele verpakking eenmaal verweerd zijn flappert het allemaal maar in de wind.
De pasvorm is voor zowel een kortere als langere rijder (in ons geval 1m58 en 1m83) goed, de riempjes laten genoeg ruimte om alles passend te maken. De rugzak steunt op twee verticale richels op het rugpaneel: dit laat wat ventilatie toe en vermijdt direct contact met de gehele rug. Ongeacht of de Nomad tot de nok toe is gevuld of enkel een litertje water en een paar reepjes moet dragen blijkt deze constructie als comfortabel. Ook grotendeels leeg voelt de Dakine vormvast en compact.
De waterzak is voorzien van een demontabele slang en kan erg makkelijk uitgeschrobd worden: eindelijk een waterzak die ook vol met plakkerige sportdrank kan. Helaas blijkt concurrent Camelbak nog steeds de enige die een fatsoenlijk mondstuk kan maken voor de drinkslang. Dakine gebruikt een ontwerp dat je razendsnel kapot bijt waardoor het binnen mum van tijd lekt. De vergrendeling loopt ook te stroef, waardoor het losdraaien onder het rijden te zwaar gaat.
Ons advies: als het mondstuk versleten is gewoon vervangen door een Camelback Hydrolock en Bite Valve.
Verzamelaar
Tot slot nog dit: Dakine schoof de Nomad ook ter test onze kant op om te kijken of er een redelijk formaat camera in past. Inderdaad: wie per sé z’n SLR mee wil nemen om tijdens een normale (of een niet zo normale) rit beeldmateriaal te verzamelen vindt in de Nomad voldoende ruimte. Een Canon 7D met een 17-50 f/2.8 past naast 3 liter water, een stapel reserve onderdelen en tig extra lagen in het hoofdvak. Met minder in de andere vakken gaat genoemde 7D met 70-200 f/4 er aan ook nog net. In het buitenvak voor bescherming past deze combo zelfs makkelijk. Nee, het is geen camera rugzak met fluwelen, op maat instelbare vakjes, maar we zouden kunnen stellen dat je a) niet 3 objectieven mee wilt tijdens een tocht die een dag in beslag neemt, en b) al dat fluweel alsnog onvoldoende bescherming biedt als je met 30+ een boompje schampt. Dus ’t is maar om het even. Hooguit is een camera er uit pakken ietsje meer werk. Fullface, bescherming en ook nog eens een camera wordt natuurlijk een uitdaging, maar daar is weer een 26 L model voor……
* Testrijder Eric heeft apenarmen maar ook de behendigheid van een bonobo met een glas rum op, dus netto zou het trucje ook moeten werken bij normale rijders.
Tekst: Eric Wictor
Foto’s: Eric Wictor
Adviesprijs: €105,-
Meer informatie: www.dakine.com
Roze latex? Dat levert slechte grappen op…
Mooie tas, hij ziet er niet zo vierkant uit als de meeste Dakine’s. Hij lijkt ook gemaakt van lichter materiaal dan die zware tassen die een paar jaar terug zo populair waren. Weet je wat die weegt? Al die vakken = extra materiaal = gewicht, natuurlijk.