Tekst & foto’s: Arjan Kruik
Speciale banden voor de Dutch Mountains?
We hebben het al vaker gezegd: mountainbiken is in Nederland een andere sport dan de meeste andere landen. Bergen en rotsen hebben we niet, gladgewalste knikkerbanen des te meer. Dat maakt dat hier door de bank genomen ook een ander soort mountainbike verkocht wordt dan in de rest van de wereld. Vooral héél veel hardtails. En wát er aan fullies rondrijdt, heeft een geringe veerweg. Honderd millimeter is nog steeds de norm.
Bij de Nederlandse mountainbikeroutes en het soort mountainbikes dat daarop het best gedijt, hoort ook een speciaal soort banden. Niet met de nadruk op grip en stevigheid, maar op gewicht en rolweerstand. Dus banden met relatief hard rubber, kleine tot zeer kleine noppen en een soepel karkas. En met bij voorkeur aan de voorkant iets meer profiel dan achteraan. Immers, die voorste band heeft een andere taak te vervullen dan de achterste.
Met deze criteria als uitgangspunt zijn de Racing Ray en Thunder Burt van Schwalbe waarschijnlijk de meest Nederlandse bandenduo dat je kunt krijgen. Je kunt namelijk alle vakjes aanvinken. Ik heb er het afgelopen jaar mee gereden, met verschillende fietsen, maar wel meertijds rond dezelfde wielen, een paar superlichte Kovee RSL 30’s. Kneiterdure wielen, dat moet gezegd. Maar vanwege hun lage gewicht treden de specifieke eigenschappen en kwaliteiten van de banden die erom liggen nog meer op de voorgrond. En dat is wat je als bandentester natuurlijk het liefst hebt.
Specificaties
Racing Ray 29 x 2.25 inch
- Karkas: Super Race
- Compound: Addix Speed
- Gewicht: 680 gram
- Prijs: € 68,90
Racing Ray 29 x 2.35 inch
- Karkas: Super Race
- Compound: Addix Speed
- Gewicht: 745 gram
- Prijs: € 68,90
Thunder Burt 29 x 2.25 inch
- Karkas: Super Race
- Compound: Addix Speed
- Gewicht: 645 gram
- Prijs: € 68,90
Thunder Burt 29 x 2.35 inch
- Karkas: Super Race
- Compound: Addix Speed
- Gewicht: 730 gram
- Prijs: € 68,90
Website fabrikant: schwalbe.com
Racing Ray voor en Thunder Burt achter: een gouden duo?
Profiel
Omdat de ondergrond op Nederlandse mountainbikeparkoersen meestal bestaat uit hard aangereden zand, klei of granulaat, moet de grip in bochten of in klimmetjes niet of nauwelijks komen van de rubbersamenstelling, maar van het profiel. En aangezien het voorwiel op dat vlak veel meer werk te verzetten heeft dan het achterwiel, is de Racing Ray-voorband redelijk geprofileerd. Op het loopvlak staan relatief lage, dicht op elkaar geplaatste nopjes, die bovendien zo’n beetje allemaal in de richting van de bocht zijn afgeschuind. De om en om verspringende nopjes in de centrale rij liggen dicht op elkaar, voor zo min mogelijk rolweerstand. Om de bochtengrip te optimaliseren, zijn de nopjes aan de zijkanten van de Racing Ray wat groter. De inkepingen in de nopjes hebben als doel het contactoppervlak in snelle bochten over harde ondergronden te vergroten.
De noppen op het loopvlak van de Thunder Burt-achter zijn veel kleiner. En het zijn er bovendien heel veel meer, waarbij de nopjes in de centrale rij bovendien zeer dicht op elkaar staan. Dit alles moet resulteren in een zo laag mogelijke rolweerstand. Ook bij de Thunder Burt hebben nopjes aan de zijkanten inkepingen. Maar die zijnopjes zijn duidelijk lager dan die van de Racing Ray. Bovendien zijn het er minder. Hier heeft rolweerstand absoluut prioriteit gehad.
Compound en karkas
Eerst maar de compound oftewel samenstelling van het rubber. Hier vindt de magie plaats die het verschil maakt tussen snel en heel erg snel. Aangezien op Nederlandse mountainbikeparkoersen vooral het profiel voor grip zorgt, hoeft het rubber zélf op dat vlak minder hard te werken. Anders gezegd: er kan gekozen worden voor een hardere rubbersamenstelling met een lagere rolweerstand. Addix Speed is het snelste rubber dat Schwalbe in huis heeft. Je herkent banden met deze rubbermix aan het rode labeltje op de wangen en natuurlijk ook aan de rode streep op het loopvlak. Want rood is nou eenmaal de snelste kleur.
Het gebruikte karkas heet Super Race. Het is Schwalbe’s lichtste en soepelste karkas. En soepele karkassen kunnen zich met relatief weinig energieverlies plooien naar de ondergrond. In theorie is Super Race dus óók het snelste karkas. Dat gaat echter niet onder alle omstandigheden op. Een soepel karkas biedt immers maar weinig ondersteuning, wat een nadeel kan zijn in snelle bochten en in ruig terrein. Maar op de relatief gladde Nederlandse mountainbikeparkoersen is het Super Race-karkas onmiskenbaar erg snel, vooral als je de banden met een wat lagere druk rijdt.
Volume en gewicht
Schwalbe brengt de Racing Ray en de Thundert Burt in 2.1, 2.25 en 2.35 inch, maar alleen die laatste twee zijn door ons gebruikt. Op de Bontrager Kovee RSL 30-velgen, die zoals de naam aangeeft een binnenbreedte hebben van 30 millimeter, vallen bij een druk van anderhalve bar alle banden iets smaller dan Schwalbe belooft. Ook de gemeten gewichten wijken enigszins af, met twee exemplaren die net iets meer wegen dan gespecificeerd en twee die net iets lichter zijn. Niks verontrustends, banden maken is nog voor een belangrijk deel mensenwerk en geen band is exact hetzelfde. Jij kent vast ook wel de verhalen over weight weenies die vijf precies dezelfde banden bestellen, de lichtste eruit halen en de rest terugsturen. Dat dus.
Montage
Het omleggen van de Schwalbe-banden is appeltje-eitje. Okay, zonder bandenlichters gaat in deze tubeless-tijd bijna geen enkele band meer rond de velg. Maar bij zowel de Racing Ray als bij de Thunder Burt is dat geen gevecht, maar gewoon een routinehandeling. Daarna is het een kwestie van oppompen, laten ploppen en klaar. Met 60 milliliter Doc Blue, Schwalbe’s eigen dichtmiddel, blijven de banden langdurig op druk.
Over druk gesproken: ik heb 2.25 inch Racing Ray-voorband met zo’n 1,4 bar gereden, de 2.25 inch Thunder Burt-achterband met 1,5 bar. De 2.35 inch pendanten van beide banden heb ik een paar puntjes minder hard opgepompt: respectievelijk 1,2 en 1,3 bar. Als referentie: ik weeg rijklaar zo’n 75 kilo.
Hoe rijden ze?
Racing Ray
Zoals bij heel veel Nederlandse mountainbikers is ook bij mij de al sinds jaar en dag de Schwalbe Racing Ralp dé band van dienst. En al helemaal toen de 29er opkwam en ik ontdekte dat je met die grote wielen gerust een ondieper – lees: sneller – profiel kon gebruiken. Ik ben dus bekend met de crosscountry-banden van Schwalbe, óók met de nieuwste generatie, waarbij Ralph gezelschap kreeg van Ray, waarna ze als een onafscheidelijk duo hun carrière vervolgden. Ray voorop, Ralph erachter.
Met name de Racing Ray vind ik een fijne band, fijner nog dan Schwalbe’s eigen gouwe ouwe Rocket Ron, die een min of meer overlappend inzetbereik biedt. Vooral het zeer voorspelbare bochtengedrag van de Ray ervaar ik als prettig. Het profiel biedt grip, maar graaft zich niet in. Althans, niet té agressief. Hierdoor kun je niet alleen zuivere lijnen rijden, maar kun je ook harder insturen zonder dat dat nadelige consequenties heeft.
Thunder Burt
Maar goed, met het karakter van de Racing Ray ben ik al een tijdje bekend. De Thunder Burt is voor mij nieuw. En wat een verrassing is deze band ! Natuurlijk, dat-ie snel is zal niemand verbazen; het is bij wijze van spreken nog nét geen slick. Maar ondanks z’n zeer karige profilering, schiet deze kortgeschoren Duitser toch zelden tekort als het gaat om grip. Of beter: als het gaat om bochtengrip. De kleine maar strategisch geplaatste zijnoppen kwijten zich echt verbazingwekkend goed van hun taak. En als-ie gaat glijden, dan voel je dat goed aankomen, zodat je bijtijds kunt corrigeren.
De grip in beklimmingen is, hoe kan het ook anders, een stuk minder. Maar dat wordt pas een bezwaar als de ondergrond blubberig wordt. Of bezaaid ligt met natte wortels en keien. Maar beide problemen doen zich op de zandgronden – waar toch het overgrote deel van de Nederlandse mountainbikeroutes ligt – nauwelijks voor. Dankzij de inzet van toegewijde vrijwilligers zijn de meeste singletrackroutes subliem afgewaterd. En ook wortels en keien zijn, op een paar uitzonderingen na, nauwelijks een issue. Ik zie daarom ook geen enkele reden, om de Thunder Burt te vervangen voor de meer geprononceerde Racing Ralph die voorheen om mijn achterwiel lag.
Gewicht versus volume: 2.25 inch of 2.35 inch?
Ik heb de Racing Ray en de Thunder Burt in twee breedtematen geprobeerd: in 2.25 inch en in de bredere maar ook zwaardere 2.35 inch uitvoering. Of de een sneller is dan de ander is zonder minutieuze metingen lastig vast te stellen. Maar mijn indruk is dat ik op asfalt en fijne gravel sneller ben met de 2.25’s. En dat dit beeld kantelt zodra ik het bos in ga, want dan lijken de 2.35’s – ondanks hun hogere gewicht – juist iets sneller. Maar voor mij persoonlijk is het niet dit veronderstelde snelheidsverschil dat me doet kiezen voor de breedste uitvoering van dit Schwalbe-duo. Nee, wat voor mij de weegschaal in het voordeel van de 2.35’s doet uitslaan is het rijgevoel.
Dat begint al met de grip. Omdat je de 2.35’s met een lagere druk kunt rijden dan de 2.25’s, kunnen de nopjes zich beter vastbijten in de ondergrond. Diezelfde lagere druk brengt bovendien meer comfort. Maar het belangrijkste pluspunt van de bredere uitvoering zijn de stuureigenschappen. Die zijn met de 2.35’s minder direct en hoekig dan met de 2.25’s, maar juist vloeiender en ronder. Die combinatie van eigenschappen geeft mij het vertrouwen om minder en later te remmen, wat op bochtige singletracks niet alleen resulteert in een hogere snelheid, maar ook in een heerlijke flow.
Het bovenstaande klinkt misschien wat overdreven. Want hoe groot kan het verschil nou eigenlijk zijn? Tsja, rijgevoel is natuurlijk altijd iets persoonlijks. Maar laat ik het zo zeggen: nadat ik op mijn vaste testrondje om en om met 2.25’s en 2.35’s heb gereden, heb ik uiteindelijk deze laatste op mijn bike laten zitten. Zijn 2.35’s sneller? Daar steek ik m’n hand niet voor in het vuur. Rijden ze fijner? Absoluut zeker weten!
Verdere ervaringen
Het grotere volume van de Racing Ray en de Thunder Burt in 2.35 inch heeft nóg een voordeel: als de ondergrond uit droog en los zand bestaat. Nou zijn dat omstandigheden die ik bij voorkeur vermijd – wie blijft rijden over uitgedroogde trails maakt veel kapot! – maar het is wel iets dat je moet overwegen als je twijfelt tussen 2.25 en 2.35 inch.
Dan de lekbestendigheid. Ik ben niet zo’n lekrijder; sinds ik tubeless rijd heb ik in Nederland nooit meer een lekke band gehad. Geen doorpriklek, geen stootlek, niks. Althans, niet dat ik me kan herinneren. En dat gaat dus ook op voor de Racing Ray en de Thunder Burt. Daarnaast houden ze, ik schreef het hierboven al, hun lucht goed vast. Zo nu en dan een beetje lucht erbij volstaat.
De slijtvastheid lijkt ook goed, maar eerlijk gezegd is deze indruk niet veel waard. Immers, op zandgrond gaat iédere band lang mee. Hoe de banden zich houden op stenige ondergronden kan ik niet zeggen, dus ik onthoud me hier van een oordeel.
Conclusie
“Racing Ray voor en Thunder Burt achter: een gouden duo?” Dat is de vraag die ik hierboven stelde. De vraag stellen staat vaak gelijk aan de vraag beantwoorden. En dat gaat hier ook op. Wie voornamelijk op de gladde Nederlandse mountainbikeparkoersen op de zandgronden rijdt, heeft niet meer nodig dan deze bandenset. Ja, de grip is beperkt, met name achteraan, bij de Thunder Burt. Maar op hard aangereden zandgrond blijkt dat verrassend genoeg nauwelijks problematisch. En al helemaal niet als de ondergrond enigszins vochtig is. Plus: de effectief geprofileerde Racing Ray-voorband laat zich op Nederlandse routes al helemaal niet snel van slag brengen. Kortom: wie op zoek is naar snel rubber voor de Dutch Mountains, is met dit Duitse duo prima geholpen.
“Kortom: wie op zoek is naar snel rubber voor de Dutch Mountains, is met dit Duitse duo prima geholpen. Ik zou dan, maar dat is waarschijnlijk een persoonlijke voorkeur, wel voor de bredere uitvoering gaan, de 2.35 inch.”
Ik zou dan, maar dat is wellicht een persoonlijke voorkeur, wel voor de bredere uitvoering van de Racing Ray voor en de Thunder Burt gaan, de 2.35 inch. Die levert niet alleen meer grip en comfort, maar geeft me ook meer vertrouwen in snelle bochtenbonanza’s, waardoor ik makkelijker m’n vingers van de remmen houd. En wie minder remt, is sneller. Die paar gram meergewicht van de 2.35’s neem ik dus graag voor lief.Nawoord
Nog niet uitgetest: Super Race versus Super Ground
Zoals hierboven beschreven heb ik de Racing Ray en de Thunder Burt met het lichtste en soepelste karkas gereden; het Super Race-karkas. Schwalbe biedt beide banden echter ook aan met het iets dikkere en stuggere Super Ground-karkas. Banden met dit karkas hebben niet alleen een andere kleur – helemaal zwart – maar ze rijden ook anders. Momenteel wissel ik beide karkassen af om in kaart te brengen waar de verschillen zitten en welke invloed die hebben op het inzetbereik. Je ziet mijn indrukken later deze zomer op deze site verschijnen.
Wel jammer dat ze niet even gewogen wirden
Altijd met Schwalbe gereden, maar toen ik eenmaal overstapte na vittoria nooit meer terug gekeken. Meszcal voor en achter of Barzo voor en Meszcal achter. Een betere allround combinatie bestaat niet.
Helemaal eens! Mezcal achter en Barzo voor is een geweldige allround combi. Van mul zand t/m modder. Altijd voldoende grip en relatief lage rolweerstand. Ook in de Ardennen en Eiffel als je op stenen naar beneden vliegt.
Interessant, thanks! Rijd zelf met tevredenheid (zoals velen) met de Ray voor en Ralph achter, maar ook veel bij nattere omstandigheden. Ik twijfel of ik de Thunder Bird dan genoeg grip vind hebben, maar het is het onderzoeken waard.. Ben benieuwd naar hoe je de verschillende karkassen ervaart!
Nederland Schwalbe land. En door dit soort Schwalbe promotende tests zal dat ook wel zo blijven.
Ik zou zeggen kijk eens verder dan je neus lang is en test eens wat cross countrybanden van andere merken.
Of niet natuurlijk, dan blijven jullie lekker Schwalbe rijden en houd ik de duidelijke voordelen van de in Nederland onbekende en onbeminde banden lekker voor mezelf
Dag Mike, het doel van deze test was te kijken, of je in Nederland met nóg minder profiel kunt rijden dan dat van de populaire Racing Ralph. Dat wil niet zeggen, dat we geen interesse hebben in banden van andere merken dan Schwalbe. Integendeel. Ik ben wel benieuwd naar jouw favoriete banden!
Kenda Rush Pro SCT 2.4, Maxxis Aspen ST 170 tpi 2.4. Om er maar even 2 te noemen.
Rij al jaren met racekings maar heb achter al snel in de zijkant allemaal sneetjes zitten waar binnen een jaar het karkas uitkomt. Ben benieuwd of dat met schwalbe minder is?
Alleen erg jammer dat de toleranties waarmee de banden worden gemaakt nogal aan de beroerde kant zijn.
De laatste 6 Ralph’s/Ray’s/TB’s zijn allemaal niet recht en zit matige tot flinke slinger in…. (en nee: het ligt niet aan de velg en/of de montage).
‘Valt binnen de toleranties’ volgens Schwalbe…..
Wat is een goed alternatief voor the Thunder Burt? Ik vraag dit omdat de combinatie 27,5 x 2.35 niet gemaakt wordt door Schwalbe.
Maxxis Rekon Race (TB00230500, Maxxis site). Vermoedelijk wel op z’n retour want een aantal grote webshops hebben de maat niet in het systeem staan. Zelf heb ik ook goede ervaringen met een Rekon 2.4WT voor gecombineerd met een Ardent Race 2.35 achter. Biedt net ietsje meer grip als het echt droog/los/mul of juist glad wordt.
Hoi Elwic, dank voor je snelle feedback!
Mvg… Marco
Ik rijd al langere tijd met de Thunderburt voor en achter. In eerste instantie 2.35 en nu 2.25. Heb de laatste ook met Racing Rang 2.25 voor gecombineerd getest maar dat maakte dat de achterkant van de fiets veel meer ging glijden. Rijd nu dus met enkel Thunderburt het hele jaar door, ook in moddeige omstandigheden, ook dan nog nooit in de problemen gekomen. Zeer fijne banden en ruim genoeg grip.
Is de test met de Super Ground al geplaatst? Ben wel benieuwd.
Dag Frank, bedankt voor het delen van je ervaringen. De test van de Super Ground-karkassen volgt nog.
Rijd in de zomer ray/ tunderburt 2.25 1.6 bar met latex binnenband 95 kilo en in de winter ray/ralph 2.25 1.6 latex binnenband .allemaal de super race . Super combi’s