Test | Shimano BR-MT420 schijfremmen

Tekst en foto’s: Arjan Kruik

Shimano BR-MT420: vertragen voor weinig

We krijgen regelmatig opmerkingen van lezers dat we voornamelijk dure producten testen. Nou valt dat feitelijk wel mee, maar desalniettemin is het lezerscommentaar een goede stimulans om ook de onderkant van de fietsonderdelenmarkt onder de loep te nemen. Het onderwerp van onderzoek is in dit geval een paar goedkope BR-MT420 vierzuigerremmen van Shimano. Ja, ik weet het, die naam is niet flashy. Shimano is geen ster in het verzinnen van namen en valt in veel gevallen terug op onnavolgbare codes. Aan de andere kant: het gaat bij een product uiteindelijk niet om de naam, maar of het werkt. En dat heb ik uitgezocht.

De reden dat ik nu juíst deze goedkope schijfremmen – een compleet paar kost tussen de 100 en 150 euro – heb geprobeerd is min of meer toeval. Ze zaten op de Giant Trance die we afgelopen voorjaar getest hebben. En die bike is nadien op de redactie gebleven om als kapstok te dienen voor allerhande testonderdelen. Een goede gelegenheid om eens langer met deze Japanse vierzuigerremmen te rijden.

Aanpassing 1: een betere afstelling helpt veel

Om gelijk maar de conclusie weg te geven: de BR-MT420 schijfremmen zijn in de basis gewoon goed. Natuurlijk, je kunt er bijna niks aan verstellen en het monteren is vanwege de niet deelbare klembeugel iets meer werk, maar als ze eenmaal goed zitten doen ze maar weinig onder voor duurdere remmen van Shimano. Sterker: op het punt van doseerbaarheid bevallen ze zelfs beter! Maar om tot goed prestaties te komen moet je er wat tijd en liefde in stoppen, want zo ‘uit de doos’ kunnen ze niet overtuigen.

Het eerste dat ik heb gedaan is de remhendels zoveel mogelijk naar binnen plaatsen. Daarmee verandert de lange tweevingerremgreep feitelijk in een éénvingerremgreep. En doordat die ene vinger helemaal aan het eind van de extra lange remhendel aangrijpt, beschik je over een lange hefboom en kun je veel druk uitoefenen op de zuiger die de remolie door de leiding naar de dubbele remklauw perst. Als je ook dit soort remmen op je bike hebt moet je het maar eens proberen, je merkt gelijk het verschil.

Omdat de slag die de remhendel maakt vrij klein is moet je wel de positie van de hendel ten opzichte van het handvat goed afstellen. Dat kan met een klein inbusboutje aan de binnenkant van de remgreep. Gepiel? Een beetje wel ja, maar nogmaals: we hebben het hier over budget-remmen. Shimano heeft uiteraard ook remmen in z’n collectie waarbij de reikwijdte van de remgreep zonder gereedschap is in te stellen, maar de goedkoopste daarvan, de SLX-rem, kost minstens twee keer zoveel als ‘onze’ BR-MT420.

Aanpassing 2: betere remschijven

Als je ná het afstellen nog steeds stopkracht tekort komt, kan een paar meer hoogwaardige remschijven soelaas bieden. In het geval van onze test-Giant zijn af fabriek Shimano RT-26 remschijven gemonteerd. Dat zijn gestanste schijven die per stuk niet meer dan zo’n tien tot vijftien euro kosten. Prima spul voor een stadsfiets, maar op een serieuze mountainbike hebben ze niks te zoeken; de vertraging die ze genereren is ondergemiddeld en ook de doseerbaarheid laat te wensen over. Plus: Shimano heeft deze remschijven alleen vrij voor gebruik met organische (‘resin’) remblokjes. Het gebruik van blokjes met metaaldeeltjes – die over het algemeen krachtiger vertragen en beter bestand zijn tegen hoge temperaturen – is niet toegestaan.

Ik heb de RT-26’s er daarom afgegooid en vervangen voor een paar high-end remschijven: de Dächle Heavy Duty van Trickstuff. Niet alleen zijn de kwaliteit en de afwerking van deze Duitse schijven beter, óók zijn ze dikker – ruim twee millimeter in plaats van de gebruikelijke 1,8 – waardoor de warmte beter wordt afgevoerd. De keuze voor remschijven van Trickstuff is overigens puur toeval; ik had ze nog liggen van een eerdere test. Maar uiteraard heeft ook Shimano voldoende hoogwaardige remschijven in z’n assortiment om de BR-MT420-remmen op te waarderen. Ga je voor goed en goedkoop – vanaf zo’n twee tientjes per stuk – dan kan ik je de SM-RT66-remschijf uit Shimano’s SLX-serie aanbevelen; meer heb je eigenlijk niet nodig.

O ja, ik zou haast vergeten te vermelden, dat ik aan de voorkant van de Giant Trance een grotere remschijf heb gemonteerd. Niet 180, maar 203 millimeter. En ook dat levert flink wat extra stopkracht op!

Aanpassing 3: betere remblokjes?

Met de nieuwe remschijven ontstaat ook de mogelijkheid nieuwe remblokjes te monteren. Immers, de Trickstuff-schijven zijn wél geschikt voor metallic remblokjes. Desondanks gebruik ik de originele remblokjes van Shimano D03S-RX. Want waarom nieuwe blokjes kopen als de oude het ook goed doen? Met de originele Shimano-remblokjes is namelijk niks mis. De blokjes hebben een organische compound, ook wel resin genoemd. Dat laatste woord is Engels voor hars en dat is precies wat het is; een kunsthars die verschillende materialen met elkaar verbindt. Over het algemeen remmen dit soort blokjes beter op lage snelheid en zijn ze redelijk stil. En de Shimano D03S-blokjes voldoen precies aan dit profiel.

De slijtvastheid van organische remblokjes is over het algemeen wel iets minder, wat voor mij een reden is om in ieder geval het achterste, snelst slijtende remblokje in de toekomst te vervangen voor een metallic remblokje. Hier zitten veel meer metaaldeeltjes in, wat resulteert in een betere slijt- en hittevastheid. Echter, dat gaat wel ten koste van de remkracht op lage snelheid, waardoor ik het aan de voorkant liever op een organische remblokje houd.

Het rijden: krachtig en goed doseerbaar

Met nieuwe remschijven en de aangepaste positie op het stuur kunnen de BR-MT420 schijfremmen zich meten met veel duurdere remmen. De gehele ombouwoperatie resulteert niet alleen in meer pure remkracht, maar tevens in een betere doseerbaarheid. Sterker: ik schat ze op dat vlak zelfs hoger in dan de veel duurdere Shimano XT-remmen. Die stelling is niet zomaar uit de lucht gegrepen; ik heb de BR-MT420’s één op één vergeleken met een paar XT vierzuigerremmen, voorzien van identieke remblokjes en schijfdiameters. Als het gaat om absolute remkracht scoren de XT’s iets beter, maar qua doseerbaarheid is de goedkope BR-MT420 fijner.

Gek? Als je er over nadenkt misschien toch niet. De Shimano XT-remmen werken – net als de Deore-, SLX- en XTR-remmen – met de zogenaamde servowave-constructie. Daarbij verplaatst de zuiger als je in de remhendel knijpt in eerste instantie veel olie, waardoor de remblokjes al heel snel de schijf bereiken. Maar verder in de slag wordt minder olie verplaatst, waardoor de remdruk toeneemt. Het is een constructie die Shimano al járen toepast en die deels verantwoordelijk is voor het directe, harde remgevoel dat veel Shimano-schijfremmen kenmerkt.

Echter, de BR-MT420 schijfremmen zijn niét uitgerust met servowave. Daardoor duurt het weliswaar iets langer voordat de remblokjes de schijf toucheren, maar tegelijkertijd is ook het remgevoel minder hard. Maar let op! “Minder hard” wil zéker niet zeggen dat de remmen zompig aanvoelen. Integendeel; als deze remmen een ding niét zijn, dan is het wel zompig. Het remgevoel is heel lineair en tegelijkertijd prettig stevig. Zachtjes knijpen is zachtjes remmen, hard knijpen is hard remmen, met aan het eind van de slag volop stopkracht. Het is voor Shimano-fans wellicht vloeken in de kerk, maar de BR-MT420’s komen qua karakter best wel overeen met de remmen van concurrent Sram, met min of meer dezelfde goede modulatie.

Minerale remolie

Voor ik het vergeet nog even dit: net als alle schijfremmen van Shimano bevatten ook de BR-MT420’s minerale remolie. Nou is niet zo dat je daarvan moet drinken, maar deze olie is wel een stuk minder agressief dan de zwaar giftige DOT-remvloeistof die je in de hydraulische remmen van veel andere merken vindt. Wat mij betreft is dat een pluspunt voor de thuisklussers. Dito overigens voor het gemak waarmee je de olie kunt verversen en/of de remmen kunt ontluchten. Met het speciale setje dat je voor een paar tientjes in huis haalt is dat echt een fluitje van een cent.

Conclusie

De Shimano BR-MT420 schijfremmen hebben me verrast. Natuurlijk, als je een schijfrem zoekt die je aan alle kanten kunt instellen en aanpassen, dan is is deze simpele Japanse stopper niks voor jou. Maar als je er geen probleem mee hebt af te zien van de toeters en bellen die Shimano’s duurdere remmen sieren, dan haal je met de BR-MT420 een prima rem in huis. Wat heet: ik denk dat je voor het bedrag dat een paar BR-MT420’s kost – tussen de 100 en 150 euro – geen betere vierzuigerrem kunt vinden.

Dat wil zeggen: als je de moeite neemt om de remhendel op de juiste manier te positioneren. En als je ze combineert met goede, hoogwaardige remschijven. De BR-MT420 remmen die je af fabriek op veel mountainbikes vindt – onze Giant Trance testfiets is daar een goed voorbeeld van – worden door de product-managers namelijk vaak gecombineerd met goedkope gestanste remschijven. En die vertragen echt minder goed. Upgraden van schijven is minder duur dan je denkt: voor een paar tientjes ben je al klaar.

Mountainbiken een dure sport? Dat hoeft niet per se. Ja, je kúnt het een dure sport maken. Maar Shimano bewijst met de BR-MT420 schijfremmen dat je ook voor een dubbeltje op de eerste rang kunt zitten.