Tekst: Sebastiaan Kruik // Foto’s: Arjan Kruik
Gravelschoenen? Veters!
Ondanks dat we er bij Velozine middenin zitten, valt het soms niet mee door de hypes in de fietsindustrie heen te kijken. Reclame en marketing zijn nou eenmaal effectief en beïnvloeden ook ons. Ik zou liever zeggen dat dat niet zo is, maar dan zou ik jokken. Maar goed, daar is op zich niks mis mee, zolang we ons er maar bewust van zijn.
Neem nou de huidige travelbiketrend. Dat lijkt er een te zijn van vrijheid blijheid, van alles moet kunnen, maar ondertussen zijn de ongeschreven regels waaraan je moet voldoen om een ‘echte’ gravelbiker te zijn zo dwingend als wat. Op alle vlakken. Welke kleding je draagt, hoe je (kin)haar zit, wat je eet en drinkt, hoe je spullen op je fiets meeneemt. En dus ook hoe je je schoenen dicht doet. Klittenband? Doe normaal zeg! Boa-kabelsluiting? Rode kaart! Nee, een échte gravelbiker herken je aan zijn schoenen met veters. Want retro. Of zoiets.
Carbon en dyneema…
Het is dus niet gek dat ook de schoenencollectie van Specialized een veterschoen voor gravelaars omvat: de S-Works Recon Lace. Maar ondanks z’n veters heeft deze schoen net zoveel te maken met de leren wielerschoenen van vroeger als de huidige elektrische Fiat 500 met het originele koekblikje uit de jaren vijftig. Zo is de S-Works Recon Lace niet van leer, maar van carbon en Dyneema, wat resulteert in een gewicht van nog geen 300 gram. En ook de prijs is ook niet bepaald ouderwets; 350 euro vraagt Specialized voor deze gravelmuiltjes.
De rechtvaardiging voor deze prijs is de enorme bak hightech-materialen die Specialized over deze schoenen heeft uitgestort. De zool is geheel van carbon en heeft een stijfheid van 13 op een schaal van 15. Wat dat exact betekent durf ik niet te zeggen, Shimano gebruikt bijvoorbeeld een schaal van 0 tot 12, waarbij z’n stijfste gravelshoen – de RX8 – een stijfheid van 10 heeft. Maar ik kan je vertellen dat de S-Works Recon Lace kneiterstijf is.
Het lichte en flinterdunne bovenwerk is gemaakt van Dyneema, een kunstvezel die bijvoorbeeld ook op wedstrijdzeiljachten wordt toegepast als lichtgewicht vervanging van de traditionele stalen verstaging. Een fietsschoen ondergaat natuurlijk bij lange na niet die belasting, maar het lage gewicht en de hoge sterkte komen wel van pas. Het bovenwerk is geheel naadloos, op een klein naadje aan de binnenkant van de schoen na. Om voor een prettig binnenklimaat te zorgen is het bovenwerk links en rechts van de voorvoet voorzien van een grote hoeveelheid kleine ventilatiegaatjes.
… met titanium als afmaker
Klein maar fijn detail is het contraplaatje binnen de schoen waaraan je het spd-plaatje vastschroeft. Dat contraplaatje is van titanium. Dat is niet alleen lichter dan het gebruikelijke staal, maar ook volledig roestvrij. Nodig? Niet echt. Maar het is wel een mooi detail natuurlijk. Een detail dat overigens schreeuwt om nog meer tuning. Wat dacht je van titanium spd-plaatjes en titanium boutjes als afmaker? Laat maar rollen, die euro’s!
Fijne pasvorm en verrassend comfortabel
Carbon, Dyneema… dat associeer je niet direct met comfort. Toch zitten de S-Works Recons met veters verrassend comfortabel. Althans, na een tijdje. In het begin is het bovenwerk wat stug, maar na verloop van tijd zet het materiaal zich toch min of meer naar je voet. Bovendien zijn de veters enigszins elastisch, wat de stijfheid van het bovenwerk deels compenseert. Ook de fijne pasvorm draagt aan het draagcomfort bij. De schoen biedt aangenaam veel ruimte aan de voorvoet en de tenen, waardoor die niet bekneld raken. Het achterste deel van de voet, zeg maar de voetboog en de hiel, wordt juist strak omsloten, waardoor de de voet niet in de schoen kan schuiven.
Het dunne, haast scherpe randje bij de instap ter hoogte van de tong veroorzaakte bij mij bij de eerste ritten wat irritatie, maar na enige gewenningstijd speelde dat niet meer op. Althans, niet tijdens het fietsen. Lopen moet je echter zo min mogelijk doen, dat is niet de forte van deze competitieschoenen, daarvoor zijn ze véél te stijf. Ga je toch aan de wandel, dan gaan je voeten dat voelen. Want omdat de schoen geen millimeter meegeeft, zijn je voeten de klos.
Ander comfortpuntje: de standaard inlegzooltjes vallen me tegen, voor 350 euro verwacht je toch wat meer dan de vrij basale schuimzooltjes die er nu in liggen. Zeker omdat Specialized onder het label ‘Body Geometry’ gewoon goede inlegzooltjes in huis heeft. Ik heb, nadat ik de fabriekszooltjes even geprobeerd heb, teruggegrepen op de Supefeet-inlegzolen uit mijn eigen racefietsschoenen. Mijn rij-impressie heb ik gevormd met deze zooltjes.
Stijf is efficiënt
Stijve schoenen zijn snelle schoenen, zo luidt het adagium. En ook in het geval van de S-Works Recon Lace lijkt dat op te gaan. Voor wat mijn observatie waard is; het wattage dat ik kan wegtrappen stelt natuurlijk niets voor in vergelijking tot het vermogen dat de profs uit hun benen weten te persen. Dus heb ik zulke stijve zolen nodig? Ik denk het eigenlijk niet. Aan de andere kant: de stijfheid van de S-Works Recons zit me – behalve bij een stukje lopen – eigenlijk ook niet in de weg.
Ik heb de gravelschoenen gebruikt in combinatie met Shimano XT SPD-mountainbikepedalen. In- en uitklikken verloopt probleemloos, het hoogteverschil tussen het plaatje en de profielzool is blijkbaar precies goed.
Conclusie
Het zijn rare tijden waarin we leven. Met gravelschoenen die 350 euro kosten. Waarbij je dan eigenlijk ook nog 30 euro moet optellen voor goede inlegzooltjes. Zijn de S-Works Recon-veterschoenen dat waard? Tsja, dat is een lastige vraag. Is, om maar wat te noemen, een gravelband 65 euro waard? Mag een slijtdeel als een cassette ruim 400 euro kosten? Volgens mij moet iedereen dat voor zich weten. Je kunt banden, cassettes en schoenen ook voor heel veel minder krijgen. Maar wie het beste van het beste wil, moet z’n portemonnee trekken. En ik denk dat de S-Works Recon Lace absoluut in die categorie zit. En ja, daar zit ook een stukje bling bij dat óók geld kost.
“Maar wie het beste van het beste wil, moet z’n portemonnee trekken. En ik denk dat de S-Works Recon Lace-gravelschoenen absoluut in die categorie zitten. En ja, daar zit ook een stukje bling bij dat óók geld kost.”
Bekijk je de S-Works Recon Laces even los van wat ze kosten, dan zijn het hele fijne gravelschoenen. Op de laagwaardige inlegzooltjes na is het een op alle punten geslaagd product. De kwaliteit van de materialen en de afwerking staat op een zeer hoog niveau en de fietseigenschappen zijn ronduit goed. Zelfs de veters bevallen goed. Okay, aandoen en vastsnoeren is meer gedoe dan met een Boa-sluiting. Maar uiteindelijk zitten ze prima. Dat gaat overigens op voor de gehele schoen; de pasvorm is ronduit goed. Met als disclaimer dat dit geldt voor míjn voeten. Of ze jou ook zo lekker zitten moet je echt zelf in de winkel proberen. Maar het zou me verbazen als dat niet zo is, want Specialized staat nou juist bekend om het feit, dat z’n schoenleesten in de smaak vallen bij een grote groep fietsers.Reactie Specialized:
“Is jullie testrijder ervan op de hoogte dat we drie types zolen aanbieden? We bieden bij aankoop bewust geen inzolen met ondersteuning van voeten met hoge voetboog. Als je die aanbiedt aan mensen met een lage voetboog creëer je voetproblemen. Een paar blauwe ++ of nog meer ondersteunende groene +++ Body Geometry-zooltjes kost 30 euro en kan aangemeten en digitaal nagemeten worden bij Specialized-dealers.”
Specialized S-Works Recon Lace gravelschoenen | Prijzen en specificaties
Een paar S-Works Recon Lace gravelschoenen kost € 350,-. Specialized brengt ‘m van maat 36 tot en met maat 49. Top: er zijn ook halve maten! Naast de door ons gereden grijs-zwarte uitvoering met grijze tussen zool zijn er ook modellen in rood, olijfkleur en in een uitbundig ‘Aloha’-dessin.
Meer informatie: specialized.com
Maar is die veter nou ook beter dan een BOA?
Hey Pieter, een BOA-sluiting kun je tijdens het fietsen vaster of losser zetten. Dat lukt met een veter niet. Aan de andere kant: als je veterschoenen gelijk goed strikt, heb je er natuurlijk ook geen omkijken meer naar. BOA versus veters is een beetje als friet eten. De een neemt altijd mayo, de ander zweert bij curry en een derde wil alleen maar pindasaus. Maar uiteindelijk smaakt het allemaal prima.