En geef ze eens ongelijk. Sommige band-velg-combinaties zijn — door het ontbreken aan een fatsoenlijke standaard — nog steeds niet ideaal… En vloeibare latex geeft soms een hoop geklieder.
Herken je je hierin? Dan zijn Tubolito binnenbanden misschien wat voor je. Die zijn lichter, sterker én lekbestendiger dan een gewone butyl binnenband en lichtgewicht latex exemplaren. Al doe je er slim aan om dan ook je pomp te heroverwegen…
“Not your normal tube”, zomaar een ‘catch phrase’ van de website van Tubolito. Alhoewel ‘zomaar’… het somt eigenlijk precies op wat hun binnenband is: niet normaal. Wat is normaal? Zwart, rekbaar rubber. Oh, en zwaar en ook nog eens gemakkelijk lek. En dat alles is de binnenband van Tubolito niet.
Om met dat gewicht te beginnen: een Tubo MTB Plus binnenband voor 29” mountainbikebanden van 2.1 tot 2.5” breedte weegt op onze weegschaal 80 gram. Dat is zelfs 5 gram lichter dan ze claimen op hun website. Maar meer nog: dat is ruim de helft van de lichtste butyl binnenbanden die er op de markt zijn!
Hoe ze dat voor elkaar hebben gekregen? Door een thermoplastisch elastomeer (TPE) te gebruiken. Dit materiaal wordt op veel plekken toegepast omwille van zijn duurzaamheid, sterkte en dempende eigenschappen. De ontwikkelaars van Tubolito, de Oostenrijkers Christian Lembacher en Akos Kertesz, pasten het materiaal toe in allerlei membranen, voor bijvoorbeeld de kleine speakers van mobiele telefoons, zo lezen we op hun website. Als fervent bikers zagen ze óók kans om het materiaal toe te passen voor een binnenband. Vooral ook omdat het een veel robuustere binnenband zou opleveren die tot 2x minder snel lek zou gaan dan een standaard butyl binnenband.
Ze zijn overigens niet de eersten die met dergelijk materiaal een alternatieve band (en dan heb ik het dus niét over muziek) maken. Eerder zagen we de transparante exemplaren van Eclipse uit Zwitserland en ook Schwalbe experimenteerde er op los met de blauwe Evo’s. Succesvol waren beide allerminst, ze zijn dan ook niet meer verkrijgbaar.
Plastic slurf
De Tubolito’s binnenbanden zijn opgerold compact. Zéér compact. En oranje. Zéér oranje. Het spul voelt een beetje aan als een plastic slurf. Logisch, want dat is het feitelijk ook. De montage is niet complex, maar wél ietsjes anders dan bij een ‘gewone’ binnenband. Het materiaal is namelijk minder elastisch dan butyl en de vervorming bij het oppompen is dan ook plastisch, oftewel blijvend. Je mag de band dan ook buiten je buitenband maar tot pakweg 0,5 bar op pompen om hem een beetje vorm te geven voor gemakkelijke installatie.
Eenmaal ín de buitenband geplaatst, kan de de Tubolito eenmalig verder opgerekt worden, waarbij ‘ie zich naar de buitenband vormt. En die rek is dus grotendeels permanent, waarna ‘ie niet verder meer mág rekken. Dat betekent dan ook dat je een gebruikte Tubolito daarna alleen nog kunt gebruiken in een buitenband met dezelfde afmetingen. Als je hem in een grotere monteert, rek je opnieuw het materiaal op, en levert de binnenband veel in van zijn lekbestendigheid. Monteer hem in een te kleine buitenband en je loopt kans op scherpe vouwen, waar ‘ie op den duur ook stuk op zal gaan.
Na montage valt er eigenlijk maar één ding echt op. Daar waar de uiteinden van de slurf aan elkaar gemaakt zijn, zitten dus twee lagen over elkaar. Daar is de rek dan ook anders. Lees: minder. De binnenband is daar minder groot opgeblazen. En dat zie je terug in de buitenband. Ik monteerde ze in een setje Wolfpack Cross en Speed 29×2.25”. Bij de Cross rond het voorwiel, was het effect het grootst. Tijdens het rijden voel je dat overigens niet, maar het lijkt wel alsof er een slag in je wiel zit.
Rijden: zoals tubeless, maar met een bonus
Over het rijden gesproken: daar is weinig op aan te merken, als een tubeless-setup je referentie is. Op de eerste plaats doet de Tubolito binnenband qua gewicht ook niet onder voor de hoeveelheid latex die je bij een tubeless-setup in je buitenband kiepert. Op de tweede plaats rolt het gevoelsmatig net zo licht als bij een tubeless setup.
“Maar binnenbanden geven toch méér rolweerstand?” Ja, vooral wanneer ze van butyl zijn. Dat rubber heeft nogal véél wrijving ten opzichte van de buitenband. En hoe méér wrijving, hoe méér kracht je nodig hebt om de band te kúnnen vervormen en dat vertaalt zich naar een hogere rolweerstand. De Tubolito is erg glad en dus ontstaat er tijdens het vervormen van de buiten- en binnenband véél minder wrijving.
De bonus: méér stabiliteit bij lage druk?
Er is echter nóg een ding dat me pas opviel toen ik naar drukken zo laag als 1,25 tot 1,3 bar ging. Ze geven namelijk de buitenband extra ondersteuning, waardoor de band zijdelings net wat meer stabiliteit krijgt. En dat lijkt een aangename bonus ten opzichte van een tubeless setup. Ja, lijkt, want die komt namelijk wel met een prijs. Want bij lage druk stijgt de kans op doorstoten natuurlijk. Precies zoals met een reguliere binnenband. Tubolito geeft aan dat de doorstootlek-bestendigheid slechts marginaal beter is dan van een butyl binnenband, en dat is eigenlijk erg jammer. Het had waarde van deze alternatieve binnenband flink kunnen vergroten.
Lekbestendigheid
Ik moet overigens diep in mijn geheugen graven naar de laatste keer dat ik überhaupt een lekke band had. Dat is minstens 3 jaar geleden ergens op een steen in Zuid-Frankrijk. Een lekke band hier in Nederland? Dat is minstens 4 jaar geleden, omdat ik zo eigenwijs was om Schwalbe Rocket Ron’s in een LiteSkin-uitvoering tubeless te gebruiken. Verder heb ik weinig praktijkervaring met lekrijden en dat was tijdens de testsessie van drie maanden met deze Tubolito’s niet anders.
Merk op: ik draaide enkel rondjes hier in Nederland. Vooral over zandgronden, maar ook over een voormalige vuilstort die afgedekt is met grof gravel en (soms scherp) puin. Ik herinner me minstens 2 gevallen waarbij ik de achtervelg vol op een stronk voelde. Of ik in het geval van een butyl binnenband een snakebite (doorstootlek) had gereden is speculeren. De Tubolito onderging het in elk geval zonder problemen.
“De Tubolito gedraagt zich eerder als een strandbal.”
Als ik kijk naar de materiaaleigenschappen en hóe het zich tijdens gebruik gedraagt, ben ik echter geneigd Tubolito’s claim van een verbeterde lekbestendigheid tegen scherpe voorwerpen te geloven. Het is daarbij ook weer geen rocket science. Een butyl binnenband wordt bij het oppompen behoorlijk opgerekt. En een butyl binnenband lijkt een beetje op een ballon. Je weet wel, zo’n ding waarmee je lachgas tot je neemt. En hoewel gemaakt van latex, rekt ‘ie net als een butyl binnenband flink op zodra je hem opblaast. Vervolgens prik je hem vrij gemakkelijk lek met een scherp voorwerp, juist omdat er zoveel spanning op de dunne laag staat. De Tubolito gedraagt zich eerder als een strandbal. Ook daar wordt sterker materiaal gebruikt dat minder wordt opgerekt. De rek die er dan is, kan in combinatie met de sterkte zodoende veel beter een impact van een scherp voorwerp opvangen zónder meteen te scheuren.
Pech onderweg
Mocht je onverhoopt tóch eens lekrijden, dan heb je niet de dichtingscapaciteit van een tubeless-setup met dichtmiddel. Je zult het lek dus moeten repareren. Thuis, of onderweg. En gelukkig kan dat bij de Tubolito’s óók. De Flix-Kit die het merk aanbiedt voor € 3,90, bevat 5 plakkers. En dat zijn letterlijk plakkers. Je hebt dus geen lijm nodig. Het volstaat om de binnenband bij het lek (goed) schoon te maken met een inbegrepen doekje met zuivere alcohol en simpelweg een plakker te plakken.
Geen zin in plakken onderweg? Niet erg. Tubolito heeft ook S-Tubo MTB binnenbanden. Dat is het Tubolito-equivalent van dat kruiwagenwieltje dat tegenwoordig in je kofferbak van je auto ligt als reserve. De S-Tubo’s zijn met minder materiaal gemaakt; ze zijn dan ook nóg compacter, met 42 gram extreem licht en met € 32,90 eigenlijk ook wel erg duur. Die ‘S’ staat dan ook voor ‘spare’. Uiteraard lever je met deze binnenband in op de lekbestendigheid ten opzichte van de ‘gewone’ Tubo. Het lullige is wel dat óók deze band zich zet naar de buitenband en is daarna dus ook niet echt meer geschikt voor een band met andere afmetingen. En hij rolt nadien ook een stukje minder compact op dan wanneer ‘ie vers en ongebruikt is.
Verhip: Lek!
“He, wat? Toch lekgereden?” Nee, niet helemaal. Maar dat wil niet zeggen dat ik nooit heb moeten omkijken naar de setup. Nu check ik vóór elke rit mijn bandenspanning al, maar bij de Tubolito’s moest ik ook daadwerkelijk elke keer redelijk wat toevoegen. Na een dag stilstand was dat bij de voorband hooguit 0,2-0,3 bar, maar bij de achterband 0,6 tot 0,8 bar. En als je je beseft dat mijn ‘rijdruk’ bij de 29” Wolfpack’s in de regel 1,3 bar is, is dat best een significant verschil.
Van latex binnenbanden én de dunste butyl binnenbanden is het bekend dat die snel druk verliezen; het gebruikte materiaal is behoorlijk permeabel. Tubolito claimt echter dat hun binnenbanden qua luchtdichtheid niet onderdoen voor reguliere butyl banden. En dus gewoon goed op druk blijven voor langere tijd. Ook dát wil ik wel geloven. Maar waar mijn Tubolito’s faalden, was op hun ventielen. En als je een rondje googlet, zie je dat ik niet de enige ben met die ervaring.
Net als bij andere binnenbanden én tubeless-ventielen, maakt Tubolito gebruik van een losse ventielkern. Maar bij Tubo MTB Plus worden die in de kunststof schacht gelijmd… En dat klinkt beter dan het in de praktijk is, zo bleek. Bij beide testmodellen lekken ze vanaf dag één. De één dus meer dan de ander. Maar… na een paar keer een pomp te hebben gemonteerd, lekten ze allebei even hard (en nog harder zelfs…!). Echt vastgelijmd zitten ze ook niet. Mijn vloerpomp heeft een ventielkoppeling die je op de het ventiel vast- en losschroeft. Dat is niet altijd handig — dat weet ik. Zeker bij het losschroeven; ventielkernen willen dan wel eens mee loskomen. Maar veel pompen werken zo en dus denk ik dat je daar als binnenbandfabrikant toch wel rekening mee moet houden. Toch was simpel (lichtjes) opschroeven al voldoende om tenminste één van de twee ventielkernen te verdraaien.
De grootte van het lek werd zichtbaar toen ik het ventiel in een bak met water deed. Vervolgens heb ik de ventielkern nog wat verdraaid, tot ik merkte dat er géén lucht ontsnapte. Let wel, dit was dus nog vóórdat ik er achterkwam dat ze eigenlijk verlijmd zijn, of inmiddels waren… Ik ging er dus foutief vanuit dat ze ‘gewoon geschroefd’ zaten. Na ook bij de andere band de ventielkern ‘getuned’ te hebben, verloren ze beide minder snel druk — circa 0,2 bar per 3 dagen. 100% luchtdicht zijn ze dus helaas nooit geweest.
Saillant detail: die ultralichte S-Tubo MTB die ik eerder benoemde… hebben geschroefde ventielen! Technisch kan het dus gewoon. We legden onze bevindingen dan ook voor aan Tubolito.
Feedback van Tubolito
“Behalve de Tubo-Road-80mm, S-Tubo-Road-80mm, S-Tubo-MTB (29” / 27.5” / 26”) en alle Schrader versies hebben alle Tubolito tubes sinds september 2018 gelijmde valve cores. Dit doen we omdat de schacht van kunststof is en het geheel zo luchtdichter wordt.
We merkten dat bij het losdraaien van de pompkop in sommige gevallen de valve core inderdaad meedraait, waardoor de verbinding niet gegarandeerd luchtdicht blijft. We zijn dan ook tijdens de lopende productie verder gaan experimenteren met andere lijmen. Uiteindelijk hebben we gekozen voor Loctite 420.
Op basis van het serienummer op jullie testexemplaren, blijken jullie versies te hebben waarbij de ventielen nog niet met die Loctite verlijmd zijn.”
Reactie van distributeur Kruitbosch
“Mocht een product niet voldoen aan de verwachtingen, dan zullen wij ons best doen om het probleem op te lossen. Het verkooppunt waar het product gekocht is, is dan in eerste instantie het aanspreekpunt. Wij vertrouwen op onze verkooppunten om u zo goed mogelijk te helpen. Uiteraard kan het verkooppunt op zijn beurt producten die niet voldoen aan de verwachtingen ook retourneren, waardoor zowel de klant als het verkooppunt geholpen zijn.” – Kruitbosch
Poging 2
Zo zie je maar weer; ook wij persmuskieten worden behandeld als gewone mensen en komt het dus voor dat je een oud modelletje krijgt opgestuurd dat nog op de schap lag. Maar Kruitbosch voegde daad bij het woord en stuurde ons weldra twee verse exemplaren. Buiten een ander serienummer valt er niets anders op aan deze versies; de andere lijm… die zie je niet. Maar… die merk je wel. Want zonder extra voorzichtig te zijn met het monteren en loshalen van de schroefkop van mijn pomp, zijn deze exemplaren wél lekvrij! Om de test te versnellen heb ik de banden herhaaldelijk leeggelaten en opnieuw opgepompt, waarbij ik telkens de pompkop loshaalde. De teller staat inmiddels op 15x oppompen per band. Statistisch gezien nog niet voldoende om te worden geclassificeerd als ‘duurtest’, maar het geeft in elk geval beduidend méér vertrouwen.
Niettemin ontkom ik niet aan de gedachte dat de lijmverbinding een punt van aandacht blijft. Te meer omdat de ventielkern er exact zo uitziet als die bij een tubeless-setup. En mensen zijn inmiddels redelijk op de hoogte van loskomende kernen bij tubeless-setups en dat je die kunt aandraaien. Die optie heb je hier niet. Sterker nog: doe je het wel, dan is de kans op (meer) lekken alleen maar groter…
Tubolito zou twee opties moeten overwegen mijn inziens. Optie 1 is het meer expliciet melden de verlijming en de gevoeligheid op hun website — zodat je dat kunt meenemen in de overweging vóór aanschaf — én de meegeleverde handleiding. Optie 2 is het verbeteren van het ontwerp zodat het euvel zich niet meer voordoet. Ook aan een kunststof binnenband moet het mogelijk zijn om bijvoorbeeld een aluminium schacht te verlijmen, zodat je ventielkernen gewoon kunt toepassen zoals bij elk ander ventiel.
Conclusie: De Tubolito is het betere alternatief voor een butyl of latex binnenband
Wanneer je tubeless-setups bewust vermijdt omdat je vaak je buitenbanden wisselt, dan is de Tubolito niet meteen dé universele oplossing. Ze vervormen bij het oppompen permanent en worden zodoende ‘gematched’ met de buitenband. De binnenband in een andere maat en/of vorm buitenband monteren wordt door Tubolito sterk afgeraden. Goed, dat kun je eventueel ondervangen door simpelweg méér Tubo’s te kopen. Ook niet geheel in het nadeel van Tubolito, uiteraard. Wel voor jou, want ze kosten € 29,90 per stuk…(!)
En zeker met zo’n prijs is het extra jammer dat de ventielkernen toch een punt van aandacht blijven. De huidige verlijming is beduidend beter en ik geef ze dan ook het voordeel van de twijfel. Maar het blijft de Achilleshiel van het ontwerp en dat is jammer. Want eigenlijk is er best veel te zeggen vóór Tubolito’s alternatieve binnenband. Qua gewicht én rolweerstand doen ze namelijk niet onder voor een tubeless-setup, maar dan zonder dichtmiddel-gedoe. Want ook al zijn er voor dat (soms) geklieder prima oplossingen, ik snap dat het niet iedereen kan overtuigen.
Het blijft echter een binnenband, dus ook al is ‘ie sterker, doorstootlek blijft een groter risico dan bij een tubeless-setup. En dus is de bonus van méér stabiliteit bij lage druk misschien toch niet zo groot als je zou hopen. Bovendien mis je ten opzichte van een tubeless setup de dichtcapaciteit van het vloeibaar dichtmiddel, of de mogelijkheid om een plug te gebruiken.
Maar als je dat alles niet zo’n probleem vindt omdat je simpelweg niet vaak (doorstoot)lek rijdt, dan zijn Tubolito’s in mijn optiek vooral het betere alternatief voor de butyl en zéker een lichtgewicht latex binnenband die stukken minder lekbestendiger zijn en gemakkelijk(er) druk verliest.
Zolang de ventielkernen verlijmd zitten doe je er goed aan er voorzichtig mee om te springen. Zijn ze luchtdicht, dan zijn ze — ondanks hun prijs — erg goed. De gouden tip, tot slot, is sowieso om een pomp te gebruiken waarbij de pompkop niet op het ventiel geschroefd hoeft te worden.
Meer informatie: www.tubolito.com