Wat is een Horst link?
Stel een groep bikers de vraag wat ze van de Horst Link vinden, en de reacties zijn ongeveer onder te verdelen in drie soorten:
- De wat-link?
- F*ck yeah, het beste veersysteem ooit!
- Boeiiuh – achterhaalde meuk.
Voor die eerste groep volgt hier een introductie. Horst Leitner is een Oostenrijkse motorcrosser en ingenieur. Toen hij de oversteek naar Amerika maakte, vestigde hij daar het bedrijf AMP Research. Begin jaren ’90 ontwierp Leitner fietsen onder eigen naam, maar ook voor Mongoose en Specialized. Dit was een tijd waarin er nog geen consensus was of – laat staan hoe! – een fiets moest veren. Tussen alle hersenspinsels van andere fabrikanten was het Leitner die het in de autowereld bewezen principe van een MacPherson strut op een fiets toepaste.
Leitner combineerde dit met de four-bar linkage. De gemene deler: een scharnierpunt in de liggende achtervork, net vóór en ónder de wielas. Deze locatie van het scharnierpunt is de roemruchte Horst Link. Die constructie was toentertijd de heilige graal: actieve vering, vrijwel onafhankelijk van trapinvloeden. De kettingspanning beïnvloedde de vering nauwelijks en door rem en wiel samen aan de staande achtervork te monteren had ook remmen ook weinig invloed op de vering.
Specialized FSR
Leitner patenteerde de Horst Link, in een serie patenten. Waar we praten over “patent”, bedoelen we dan ook eigenlijk de complete bundel patenten. Leitner bouwde fietsen met Horst Links onder zijn eigen vlag, maar verkocht ook licenties aan derden. In 1998 verkocht hij het patent aan Specialized, die het vermarktte als FSR, wat staat voor Future Shock Rear.
Het patent was in Europa overigens slechts deels geldig, en liep al lang geleden af. Daarom zie je op Europese fietsen veel Horst Links. In de Verenigde Staten verviel het pas in 2014.
De Horst Link was een bepalende factor voor een goed werkende achtervering – het werd ook als zodanig gepromoot. Wie geen licentiegeld wilde betalen, bedacht een ander concept en verkocht dát als de ene échte oplossing. Of meed de enorme Amerikaanse markt in z’n geheel of met een deel van het productprogramma.
En toen kwam modeljaar 2015
In 2014 verviel het patent dus ook in de Verenigde Staten. Modeljaar 2015 was zodoende de eerste gelegenheid voor niet-Amerikaanse fabrikanten met een Horst Link veersysteem in hun programma om de Amerikaanse markt te betreden, of voor gevestigde bedrijven om de Horst Link te introduceren. Dat laatste gebeurde ook, maar zonder dat er al te veel ruchtbaarheid aan werd gegeven.
Transition is een voorbeeld van zo’n fabrikant, die het achterste draaipunt van de staande naar de liggende achtervork verschoof. Zonder getoeter of geschreeuw. Misschien is dat ook niet gek: je zou dat immers kunnen interpreteren als “sorry klanten, maar Specialized had gelijk. De Horst Link is écht superieur en we hebben je voorheen inferieure fietsen verkocht”.
Dan de patenthouder: Specialized gebruikt al 20 jaar lang ongeveer dezelfde draaipuntsconfiguratie. De achtervork van de 2015 Demo, Specialized’s eerste nieuwe frame na het vervallen van het patent, ziet er echter radicaal anders uit! Het hoofdscharnierpunt zit óm in plaats van boven de trapas, de Horst Link zit een stuk lager. Is dit een voorbeeld van vorm volgt functie?
De Demo is immers een hardcore DH bak en dat vereist een andere kinematiek dan die van een fiets waarmee je ook wilt klimmen. Of is het een poging tot onderscheidend vermogen nu de Horst Link niet meer hun exclusieve eigendom is? Iets als: “Niet alle Horst Link’s zijn gelijk, ónze Horst Link’s zijn de beste!” En mogen we van Specialized nu ook aangepaste configuraties verwachten op hun overige modellen? Dat blijkt mee te vallen, inmiddels weten we dat hun voor 2016 vernieuwde Stumpjumper FSR en de Camber beiden een klassieke Horst Link hebben.
Ondertussen heerst er overwegend stilte bij de grote Europese merken. Terwijl juist zij al járen in Europa Horst Links verkopen en ze er nu een continent aan potentiële klanten bij hebben gekregen. Weliswaar hebben de brutale rakkers van YT industries inmiddels de sprong gewaagd, maar waarom hebben merken als Cube en Canyon de oversteek naar de nieuwe wereld nog niet aangekondigd?
Tijd voor navraag dus. Velozine benaderde een aantal fabrikanten met vragen. De onvertaalde antwoorden geven een kijkje in de beweegredenen van de fabrikanten. De Nederlandse vertalingen kan je onder iedere vraag via een linkje lezen.
Transition Bikes – Lars Sternberg, Marketing Projects Manager & Airtime Engineer (ja, echt! – red.): “There is definitely a lot of misconception that HL in general will perform and feel a certain way just because it’s a HL design. In reality the patent expiration opened a vast canvas of opportunities, which is interesting as most people associate the Horst linkage design with one particular approach to it. Where in truth there are many ways to skin the cat, so to speak.”
“We’ve obviously created a unique variation of it while still living in the spectrum of a HL design, however there is a lot more room for other approaches which can all offer quite different feeling rides. We first explored possible ways in which we could configure the HL to provide the exact ride qualities we wanted and whether it would even be possible. Once we determined it would be possible, we then honed in our parameters and after a few years hard work the end result is what we’re now offering with our new line.”
Rocky Mountain – Alex Cogger, Director of Product BC site:“I first want to dispel the myth that Horst Link (HL) = great. You can make very good HL bikes and you can make very bad HL bikes. Suspension design is a game of millimeters. Where EXACTLY you position your pivots is critical, so you can’t assume just because the dropout pivots are on the chainstay that the bike will be amazing. Secondly, and this sounds very obvious and basic, but shock tune plays a huge role as well. You can screw up a good bike with a poor choice of shock tune. You may be surprised how little effort some brands put in to this piece of the puzzle. Thirdly, HOW you tune your whole system to work plays a big role as well, as explained next:”
It’s important to understand that you can’t make a bike neutral in ALL gears. You need to choose WHICH gears you want your bike to be neutral in. Most companies choose tall gears, and in which case the bike tends to extend or lock out in climbing gears… You get that “efficient” feel. We disagree with this theory though: we build bike for trail riding, singletrack ripping. On singletrack climbs, you needs that supple suspension action to give you proper traction and claw your way up. If you bike behaves “like a hardtail” while climbing, you will break traction. Besides, that is why we have all these amazing shocks and remotes now: you are a click away from “hardtail performance” so why not use that climbing traction when it’s available?”
Specialized Bicycle Components – Jason Chamberlain, Principal Engineer & Creative Specialist: “FSR is light, stiff and has very flexible and tunable kinematics and leverage ratios. The Demo is still a 4 bar FSR design, even though it looks radically different. The kinematics are very similar to the previous bike, believe it or not. We simply combined the pivots in a different way to achieve a lower center of gravity. All the pivots are pushed down approximately 75 mm, and the main pivot naturally became concentric with the BB spindle.”
Transition Bikes – Lars Sternberg: “We’d rather not speculate how the patent expiration will influence the industry, we’d rather just keep looking forward down our own path.”
Rocky Mountain – Alex Cogger: “I think that patent was a lot more relevant in the past, but has become less relevant. In the years leading up to the expiration, most companies invested heavily in developing their own technology. With all that effort, some great systems appeared, and it would be crazy to throw away all that hard work just to ride the HL coat tails, especially if you can argue that your design is genuinely superior. While I’m sure that the expiration will have SOME effect, I don’t see major changes due to that alone. As it turns out, it takes more than a brand name suspension system to crack a market! For brands with pent up market demand, sure it could be the last barrier to drop, allowing them in to new markets. But it’s not a magic bullet…”
Specialized Bicycle Components – Jason Chamberlain: “The FSR patent was originally one of the most beloved patents. There were many companies who gladly licensed the technology. There were so many in fact that we eventually had to limit the licensees. Like all great movements, the pendulum eventually swings the other way and there is backlash. Companies got tired of looking too much like a Specialized and wanted to differentiate themselves. This started the second wave of suspension design, which challenged companies to come up with alternative designs, some successful, others not so much. Today, virtually all suspension configurations have been tried. Some brands see the benefits of FSR, some brands prefer other technologies. We are not seeing a flood of FSR look-alikes because everyone wants to have their own identity.”
Vraag 3: Wanneer komt de oversteek?
Canyon Bikes – Ward Grootjans, head of business intelligence and business development leadership team: “De Horst link was zeker een van de redenen waarom we niet direct al onze modellen in de US zouden kunnen verkopen maar bij complexe projecten als de start in de grootste markt ter wereld zijn er verschillende factoren die meespelen. Om een goede start te maken in een nieuwe markt moet je ervoor zorgen dat je meer kunt dan alleen maar fietsen leveren, denk hierbij aan technische service, marketing activiteiten, enzovoorts. Ook moeten we voldoen aan specifieke testeisen voor de US. Vinden we de Amerikaanse markt dan niet interessant genoeg om deze dingen te veranderen? Integendeel; we willen zeker stellen dat we onze Amerikaanse klanten van dag 1 tevreden stellen voor, tijdens en na de aankoop. Daarnaast werkt het wegvallen van het Horst Link patent natuurlijk positief mee in deze ontwikkelingen.”
Cube Bikes: Velozine bevroeg ook die andere Duitse reus, maar helaas bleef een inhoudelijke reactie tot nu toe uit. Waarschijnlijk is Cube te druk met hun plan voor assimilatie van de Amerikaanse markt.
Conclusies: Het patent was een revolutie…
…het vervallen ervan is slechts nog een stapje in een evolutie. Horst Leitner z’n concept maakte een fatsoenlijk trappende, klimmen en dalende volgeveerde mountainbike mogelijk. Met het verstrijken van de tijd heeft het patent zichzelf echter minder belangrijk gemaakt, omdat het de ontwikkeling van alternatieven afdwong. Denk aan Giant die de Horst Link liet vallen en hun eigen Maestro systeem introduceerde.
“De locatie van één draaipunt is slechts één stukje van de puzzel.”
Zoals de antwoorden op onze vragen hierboven al verklappen, zijn niet alle Horst Links gelijk, maar hoef je ook niet per sé een Horst Link te gebruiken om een goede fiets te bouwen. Tenzij je bij Specialized tussen de regels door leest. Hoewel nieuwere concepten als SmoothLink, VPP en Maestro allemaal variaties zijn op het thema ‘zwevende achtervork’, zijn er genoeg merken waarbij het achterwiel gewoon direct aan de liggende achtervork vastzit. Denk aan Kona, Cannondale, Commençal of Evil. Ook deze fietsen vallen in de smaak bij pers en publiek. Kortom: De locatie van één draaipunt is slechts één stukje van de puzzel.
De fiets tunen voor het gebruiksdoel en rijder lijkt veel belangrijker, als je een goed werkende vering wil. Daarbij kunnen we inmiddels ook gebruik maken van geavanceerde achterdempers, die bergaf maximale prestaties leveren en tegelijkertijd met lock outs en platformdempingen maximale efficiëntie bergop leveren.
Horst Leitner had echter wel degelijk gelijk in zijn tijd: het primaire doel was trapefficiency, zonder dat de vering aan functie verloor. De Horst Link was op dat moment dé geometrische sleutel tot het meest zinvolle wat je kon krijgen. Het dwong de concurrentie tot nadenken, met een diversiteit aan nieuwe en betere veersystemen tot gevolg. Dus hoe je het ook wendt of keert, we mogen Horst Leitner z’n patenten dankbaar zijn. “Een laatste groet” is zeker op zijn plaats.
Tekst: Lars Vogelenzang & Eric Wictor